Gemengde vijver

Bookmark and Share In een gemengde vijver bevinden zich zowel planten als vissen. Vanzelfsprekend is het niet verstandig plantenetende vissen zoals koi of andere karperachtigen te plaatsen, tenzij de planten worden afgedekt (bijvoorbeeld door keien rond de plantenmanden te plaatsen). Vissen die wel goed passen in een gemengde vijver zijn onder andere goudwindes, shubunkins, goudelritsen, sarasas en goudvissen. Deze vissen zullen de vijverplanten niet schaden, omdat ze die niet eten.

De zuurstofplant is de belangrijkste waterplant omdat deze het vijverwater helder houdt en van onmisbare zuurstof voorziet. Qua vissen is bijna onmisbaar in uw (grote) vijver de zonnebaars. Deze kleurrijke vis eet dierlijk voedsel, zoals bloedzuigers, wormpjes en andere waterdiertjes. De zonnebaars helpt de andere vissen in de vijver dus van hun parasieten af. Bovendien eet een zonnebaars insectenlarven, waardoor het evenwicht in de gemengde vijver in balans blijft.
Er kan maximaal één zonnebaars per vijver worden geplaatst! Het blijven namelijk roofvissen. Meer zonnebaarzen in één vijver zorgen al gauw voor overlast. Ze zullen samen, wanneer ze de kans krijgen, alle niet al te grote vissen als prooi gaan zien. Bovendien zullen ze naast muggenlarven ook de larven van kikkers, libelles, kevers en salamanders op gaan eten, waardoor het natuurlijk evenwicht in en rondom de vijver wordt verstoord. Een jonge koi is al gauw een lekker hapje voor een groep zonnebaarzen.

Een gemengde vijver moet ten minste 80 cm diep zijn willen de vissen kunnen overwinteren. Daarnaast heeft een gemengde vijver een filtersysteem nodig. Dit systeem zorgt ervoor dat de afvalstoffen die de vissen creëren worden gefilterd en het water helder blijft.

Onderhoud aan een gemengde vijver wordt hierdoor intensiever. Naast onderhoud aan de planten vraagt een gemengde vijver regelmatige onderhoud van de filterinstallatie. Eén keer per jaar moet de vijverbodem worden ontdaan van bodemslib, om het waterklimaat gezond en de vijver schoon te houden.

Het wordt aangeraden een zogenaamde ‘biologiedrager’, zoals substraat, op de horizontale delen van de vijverbodem aan te brengen. Deze bodembedekker (in de vorm van korrels) zet afvalstoffen sneller om in plantenvoeding. Verder moet het gehele jaar door aandacht worden besteed aan de waterkwaliteit en de gezondheid van de vissen, onder andere door de vissen te voeren en wanneer nodig medicijnen te geven.